Aan het statige pand van Geschenkhuis Ponsen hangt sinds kort een nieuw bord welke zijn boodschap helder over de wereld uitstort: TE KOOP. Mogelijk doordat de herfst voor de deur staat en melancholische buien mijn gedachten overheersen, stemt het mij triest. Niet dat ik ooit een voet in de winkel heb gezet. Nee, ik ben dol op het beeld van cadeaus uitgestald in de etalage.
Geschenkhuis Ponsen. Het is de eerste winkel die in mijn vizier komt zodra ik via de Algerabrug, Krimpen aan den IJssel infiets. Tijdens elke rit heb ik me een voorstelling gemaakt van het soort clientèle die de detaillist over de vloer krijgt. In mijn fantasie meestal vrome jonge stelletjes druk op zoek naar borden, bestek en wat al meer een mens nodig heeft om het kerkelijk huwelijk aan te vangen, in zo’n buurt staat het winkelpand.
Want fiets ik niet, zoals nu, op donderdagmiddag maar op een zondagmorgen over de brug dan is het straatbeeld gevuld met echtparen. Het mannelijk deel van de duo’s steevast gekleed in serieuze pakken, de dames in rokken tot over de knieën en hun haarknotten weggestopt onder een hoed. Aan gehandschoende vingers drentelt minstens één miniatuuruitvoering van het tweetal. Zo lopen ze gezamenlijk richting de beierende klok; God roept.
Telkens wanneer ik dit tafereel aanschouw lijkt het erop dat ik voor een ogenblik terugkeer naar de tijd van Ot en Sien of eerder. In een nanoseconde lukt het mij een duidelijk fantasiebeeld te schepen van een zekere Piet en zijn Klaartje die, zodra de zondagsrust is beëindigd, naar Geschenkhuis Ponsen slenteren om hun bruidslijst in te leveren. Alsof eeuwige trouw, het krijgen van kinderen of een loopbaan als huisvrouw nog steeds de enige redenen zijn van ons bestaan.
Het zijn kleine overpeinzingen op een zondagmorgen, meestal plots verstoord door een afvallige die snoeihard met een auto of brommer door de straat racet waardoor ik met een klap terugkeer naar het derde millennium. Jaren waarin oorlog, (kerkelijk) seksueel misbruik en bootvluchtelingen aan de orde van de dag zijn. Wellicht dat juist al deze ellende ervoor zorgt dat sommige inwoners van de overigens mooie gemeente, vasthouden aan hun tradities. Want, De Heer redt het leven van zijn dienaren, nooit zal boeten wie schuilt bij hem. (Psalm 34:23)
Sinds vandaag hangt er een bord aan de gevel van Geschenkhuis Ponsen. Nooit meer zullen mensen als Piet en Klaartje reden hebben om Noorderstraat 19 te bezoeken bij een heugelijke gebeurtenis. Het eeuwenoude tafereel, inleveren van een geschenkenlijst bij de winkeljuffrouw – waarschijnlijk de zoveelste nakomeling van de oprichters - is ook in deze buurt weggevaagd. Zoals ik al schreef, mogelijk komt het door het jaargetijde dat mij een gevoel van heimwee bekruipt naar een tijd die ik nooit heb gekend.
© Sophie Dijkgraaff