Ik zie altijd op tegen mijn driemaandelijkse bezoek aan de mondhygiënist. Niet alleen vanwege de onvermijdelijke schoonmaakbeurt, maar ook vanwege de ellenlange monologen van mijn behandelaar. Ook dit keer werd ik, nog voor mijn billen de tandartsstoel hadden gevoeld, overstelpt met verhalen over van alles en nog wat: van lekkages in de praktijk tot haar ongetrainde labrador die thuis de boel sloopt en de zoon die op het punt staat naar het vmbo te gaan.

Alleen op de eerste kwestie kon ik een reactie bedenken: “Ik dacht dat jullie de industriële look hadden omarmd.” Bij de woordenstroom over de andere issues knikte ik slechts instemmend. Ik heb geen hond en geen kind, dus ook geen ervaringen om te delen. Daardoor begon het gesprek al snel stroef te lopen, wat de sfeer niet ten goede kwam. Ik greep naar het klassieke gespreksonderwerp: het weer, altijd handig om lastige situaties te doorbreken.

Helaas, onder het instoppen van de nieuwste rage onder gebitsexperts: de mondspreider, werd het lenteweer aan de wilgen gehangen. Mijn poetsvrouw ratelde verder over de situatie van haar ernstig zieke tante, haar man die die dag thuiswerkte en de dolle avonturen die haar moeder had meegemaakt tijdens haar vakantie. In mijn hoofd gilde een duiveltje: hou op mens! Ik lig hier met een mond die niet kan bewegen. Ik kan toch zo niet antwoorden! De pleaser die zich ook in mij bevindt, knikte “ja”. Wat trouwens ook lastig gaat met een stuk tandartsengereedschap in je mond.

Mijn gebitsverzorger was ondertussen doorgestoomd en vertelde over de laatste ontwikkeling in de tandheelkunde. Ineens flitste mijn kapster door mijn gedachten. Zij heeft diezelfde ongelooflijke gave om al haar belevenissen in een oogwenk te delen, zelfs wanneer ze met een föhn in mijn oren staat te blazen stopt ze niet. Op zo’n moment probeer ik via de spiegel te liplezen en op tijd het juiste antwoord te geven. Wat natuurlijk zelden lukt.

Na ruim een half uur haalde de mondhygiënist eindelijk het ongemakkelijke stuk plastic uit mijn mond. Mijn verkrampte kaken hadden het niet door en lieten mijn mond nog een paar seconden wijd openstaan. De volgende marteling – pardon, afspraak – staat, zoals gebruikelijk, gepland over drie maanden. Bij een andere mondhygiënist. Hopelijk snapt zij wel dat praten met een mond vol niet lukt en houdt ze haar snaveltje toe.

© Sophie Dijkgraaff

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Een cookie is een eenvoudig klein bestandje dat met pagina’s van deze website wordt meegestuurd en door uw browser op uw harde schrijf van uw computer wordt opgeslagen.