Een Facebook-vriendin stuurde een berichtje: "Ik ga met mijn dochter naar Taylor Swift!" Ik moet eerlijk bekennen, ik ben geen fan van deze zangeres – sterker nog, vraag me om een van haar hitnummers en ik zou geen titel kunnen opnoemen. Toch voelde ik een steek van jaloezie.
Ik herinner me mijn eigen eerste concert nog als de dag van gisteren. Samen met een jeugdvriend ging ik naar Ahoy, waar Bob Dylan zou optreden. Een spetterend concert werd het niet. Die avond had de zanger een, op zijn zachtst gezegd, takkenhumeur. Terwijl het publiek uitzinnig van enthousiasme raakte tijdens het eerste nummer van de ‘profeet’ (Highway 61 Revisited), liep hij zonder een woord te zeggen van het podium af. Plaspauze, zoals ik later hoorde. Vijftien lange minuten staarden we naar een leeg podium, terwijl ik stoned raakte van de joints die om ons heen werden gerookt. Na het concert hield ik maandenlang stellig vol dat we naar huis waren gelopen – acht kilometer! Toen mijn vriend dit hoorde, lachte hij zich rot: “Welnee, ik heb een taxi aangehouden!”
Het concert van Dylan heb ik helemaal uitgezeten. Dat kan ik niet zeggen van de optredens van Bruce Springsteen, The Rolling Stones en David Bowie in de Kuip. Wat er tussen Dylan en Springsteen met mij gebeurde, is een raadsel. Plotseling bleek ik allergisch voor mensenmassa’s. Zodra mijn idolen opkwamen, of neerdaalden zoals Bowie deed tijdens zijn Glass Spider Tour, ging bij mij het licht uit. Niet leuk, vooral niet voor mijn vrienden, die me keer op keer naar de uitgang moesten slepen.
Jarenlang vermeed ik alle concerten van mijn helden, tot Nina, mijn vriendin, voorstelde naar het optreden van Simply Red in Ahoy te gaan: "Met Dylan ging het daar toch goed?" Helaas, bij de eerste tonen van de Engelse band ging Nina, samen met honderden andere fans, volledig uit haar dak. Voeten lieten de vloer trillen, armen zwaaiden. Voordat ik het wist, lag ik weer plat op de grond. Toen ik bijkwam was het eerste wat ik zei: “Dit doe ik nooit meer!”
Op de avond dat Taylor Swift haar eerste van drie concerten in de ArenA startte, zag ik een berichtje van mijn Facebook-vriendin. Ze plaatste op haar tijdlijn een selfie van haar en haar dochter. Op de achtergrond stonden 55.000 enthousiaste ‘Swifties”. Ik glimlachte en dacht bij mezelf: hartstikke leuk, maar sommige dingen zijn beter van een afstand.
© Sophie Dijkgraaff