Terwijl ik door Instagram scroll, trekt een foto mijn aandacht. Een witte klimroos buigt sierlijk over een toegangspoort, haar bloemen hangen als een zachte sluier over het verweerde hout. Het tuinpad, met links en rechts blauwe lavendel, slingert naar een klein huisje met een groene voordeur. Dit prachtige tafereel brengt me terug naar de tuin die mijn vader en ik samen onderhielden.

Bij ons bloeide geen roos boven de boog, maar kamperfoelie, die op zomeravonden haar zoete geur door de lucht verspreidde. Het klinkerpad, omringd door bloemperken, leidde naar een bescheiden tuinhuisje met openslaande deuren. Toch bracht de Instagramfoto me moeiteloos terug in de tijd.

Ik zie mezelf weer hurken in het groenteperk naast ons huisje op de volkstuin. Tussen de rabarber staken brandnetels hun prikkende koppen op. Geduldig trok ik ze één voor één uit de grond, terwijl ik in mijn ooghoek twee eenden zag watertrappelen in de sloot. Ze hielden me scherp in de gaten. “Doe ik het goed, mevrouw, meneer?” vroeg ik hen. De woerd snaterde luid – ongetwijfeld een kritische noot over mijn tuintechniek – en draaide zich met een hooghartige air om. Zijn partner volgde zonder aarzelen.

En ik? Ik viel bijna achterover van schrik. Terwijl ik gezellig kletste met mijn gevederde jury, voelde ik plots iets glad en slijmerig. Twee bolle ogen staarden me onbewogen aan vanuit de schaduw van de rabarberbladeren – een kikker van kingsize formaat! Onze blikken kruisten elkaar als twee rivalen uit West Side Story. Al snel was het duidelijk dat hij niet van plan was om te vertrekken – ik wel. Half wankelend verliet ik het groentetuintje. Het was een wonder dat ik niet in de sloot kieperde!

Weet je wat me opvalt? Dat kikkers en padden altijd opduiken als ik onkruid wied, alsof ik een geur verspreid die hen aantrekt. Zo hielp ik mijn zus een keer met onkruid wieden in haar tuin. Op mijn knieën kroop ik tussen de hortensia’s, dahlia’s en een prachtige dropplant met blauwe bloemen in opstaande aren. Ken je die? Als je zo’n plant tegenkomt, moet je echt over het blad wrijven – heerlijk! Ik krijg altijd zin om naar de snoepwinkel te rennen. Enfin, gewapend met mijn onkruidsteker, ging ik de strijd aan met de paardenbloemen en jawel, wat tref ik? Een enorme pad! In no-time stond ik in de keuken van mijn zus, die het tafereel schaterlachend gadesloeg. 

De herinneringen stromen weer naar boven. Opnieuw sta ik voor het poortje van onze volkstuin. De stem van mijn moeder roept: “Komen jullie thee drinken?” Het lijkt wel alsof ik het parfum van de kamperfoelie kan ruiken. Ik besluit te onderzoeken of zo’n plant in een pot kan groeien, niet alleen voor de herinneringen, maar ook als sfeervolle decoratie voor de muur op mijn balkon. Dat ommuurde stukje buitenruimte is eigenlijk best een uitkomst: geen glibberige kikkers of opdringerige padden die mijn planten komen inspecteren. Die kunnen onmogelijk over het balkonmuurtje springen. Toch?


© Sophie Dijkgraaff

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Een cookie is een eenvoudig klein bestandje dat met pagina’s van deze website wordt meegestuurd en door uw browser op uw harde schrijf van uw computer wordt opgeslagen.