Een vraag die mij achtervolgt is, wat wil je later worden. Dat begon op de lagere school, alleen was het toen mijn vader die antwoordde. Ik was een meisje, dus voorbestemd te trouwen, te baren, te koken en natuurlijk te poetsen. De pantoffels klaarzetten liet hij nog net achterwegen. Logischerwijs stuurde mijn vader mij voor een vervolgopleiding naar het Huishoud- en Nijverheidsonderwijs. Ik neem het hem niet kwalijk, het waren andere tijden.

Het schrijven van deze columns vind ik leuk werk. Daarom ben ik ook zo blij met jou als lezer. Wat wel lastig is, elke week een nieuw onderwerp verzinnen. Daarom ligt er op mijn werktafel een papiertje met twee vragen: heb ik iets leuks meegemaakt? Was er iets waar ik me ontzettend over opgewonden heb?

Zo'n beetje alle basisbehoeftes die een mens nodig heeft om fijn te leven worden onbetaalbaar: verwarming, brood, boter enzovoort. En binnenkort lijdt huize Dijkgraaff ook aan koffiearmoede. De prijs voor een pak koffiecapsules is verdrievoudigd! Nu denk jij waarschijnlijk, maak je niet druk, het is maar koffie. Klopt. Alleen koffie is mijn aller, aller, aller favorietste drankje. Nou ja, een gin-tonic laat ik ook niet staan...

 Mijn oleanders zijn ziek. Al een tijdje verkleuren de bladeren van beide planten zwart door roetdauwschimmel. Dit betekent dat ik iedere dag met een emmer sop en huishoudhandschoenen de bovenkant van de bladeren één voor één moet schoonmaken, anders leggen de planten het loodje.

Als klein kind bezat ik het vermogen mij totaal af te sluiten van mijn omgeving. Uren kon ik op de bank zitten, met opgetrokken knieën waar ik mijn armen omheen sloeg. Waar ik aan dacht? Geen idee. Ik ben niet zo'n soort mens die herinneringen heeft aan de eerste levensjaren. Mogelijk was dat in het luchtledige staren een manier om de gebeurtenissen van de dag te verwerken. Wat ik wel weet is dat ik mijn moeder soms gek maakte met mijn dagdromerij: 'Sophie, hoor je me niet? Sophie!'

De boeken van de Ierse schrijfster Maeve Binchy bevatten de volgende ingrediënten: scènes die druipen van knusheid, zelfgebakken taarten die je laten watertanden en cottages zoals je ze vindt in pittoreske dorpjes als Kenmare. In de verhaallijn is er altijd een rol weggelegd voor een moederlijk type vrouw met een dikke derrière, gehuld in truttige rokken met daarboven door haarzelf gebreide truien. Naast dat is er natuurlijk ook een knappe man in het verhaal aanwezig. Je kent ze wel, kerels in het bezit zijnde van dikke bossen krullend haar, een krachtige kaaklijn en een schitterend lichaam.

Tot mijn zestiende jaar was ik helemaal weg van de muziek van Abba. Boven mijn bed hing een grote poster van het viertal gekleed in glimmende blauwe pakken. Daarna kwam Bob Marley. Nadat ik zijn hit War hoorde, een strijdlied tegen ongelijkheid, was ik direct verkocht. De poster van Abba werd ingeruild voor een megafoto van de rastafari. Zijn platen verzamelde ik naast mijn pick-up waarop ik ze stuk voor stuk grijs draaide. Ik hoor mijn moeder nog roepen: 'Sophie, kan dat niet wat zachter!' Een paar maanden na het overlijden van de King of Reggae verliet ik het ouderlijk huis. Boven mijn bed kwamen geen posters van popmuzikanten te hangen, dat vond ik kinderachtig.

Tot voor kort was ik wel de laatste persoon die lette op prijsknallers. Tegenwoordig gooi ik een reclamefolder pas weg nadat ik 'm grondig heb doorgespit. Voor mijn laatste uitje met Nina, mijn vriendin, heb ik dagenlang het internet afgespeurd: welke sauna had een mooie aanbieding? Na uitgebreid onderzoek was het bingo! De prijs was, waarschijnlijk door de energiecrisis, nog vrij hoog, maar onder het mom van we verdienen het, trokken we afgelopen vrijdag met een gerust hart de broek van onze billen.

Het lijkt de laatste tijd wel of we massaal terug willen naar vroeger. Na jaren van cd's luisteren of muziek streamen grijpen we terug naar de lp met als argument: het warme geluid dat het ronde stukje vinyl voortbrengt. Het bijgeluid van krasjes, tikjes en kraakjes, nemen we voor lief. Ik ook. Al is bij mij de platenspeler nooit weggeweest.

Net nadat wij elkaar een gelukkig nieuwjaar hebben gewenst, begint het bij mij altijd te kriebelen. Dan al denk ik een paar maanden ongeduldig vooruit, naar de periode dat de winter het stokje zal overdragen aan de lente: een nieuw balkontuinjaar is in aantocht!

Met Nina naast me draaide ik mijn auto het parkeerterrein van de sauna op. We zouden ons die dag eens lekker laten verwennen. Vanuit mijn ooghoek zag ik een klein opstootje. De reden hadden we snel gevonden. Een auto lag met zijn neus in de greppel die twee parkeervakken scheidt. Waarschijnlijk dacht de bestuurder snel het terrein te verlaten door over het vak vóór hem te rijden. Ik zag de brokkenpiloot met een zakdoek zijn voorhoofd deppen. Naar het zich liet aanzien ontving hij goede raad van toekijkende stuurlui.

Je hebt het vast ook weleens, zo'n dag dat je denkt, geef mijn portie maar aan Fikkie, ik kruip in bed en trek het dekbed over mijn hoofd. Zo'n dag had ik op de warmste zomerdag tot nu toe. Hoewel, dichter bij de waarheid is dat ik een baalavond had. Overdag was alles best goed gegaan.

Het was zo'n zomeravond waarvan ik hoopte dat hij nooit voorbij zou gaan. Tevreden zat ik met een boek en gin-tonic, op mijn terras. Alles pais en vree. Tot er een mannenstem de stilte doorkliefde met woorden die weinig vriendelijk waren. De meeste begonnen met een k of t. Ben ik duidelijk genoeg?

Heb jij dat ook, dat je een onaangenaam karwei uitstelt tot je er echt niet meer omheen kunt? Ik kan werkelijk van alles verzinnen om een klus voor me uit te schuiven. Vandaag ging ik zelfs zo ver dat ik op de sociale media de poes van een voor mij onbekend persoon feliciteerde. Voordat je deze zin verkeerd opvat, ik was natuurlijk reuze blij dat Snoeziepoezie jarig was. Maar had ik het karweitje dat wachtte eindelijk aangepakt, dan waren mijn gelukwensen nooit bij de poes terechtgekomen.

Afgelopen week sprongen herinneringen aan de herfstvakantie van 1986 in mijn gedachten. Samen met mijn vader, moeder, grote zus, kleinere broer en vriendin bracht ik die door in Ermelo. De omgeving en het vakantiepark waren mij bekend; ik bezocht de locatie eerder tijdens een schoolwerkweek. Wat heb ik toen een lol gehad! Enig nadeel was dat wij, vijfentwintig jongens en meisjes, 's nachts strikt gescheiden gehouden werden door waakhonden die de nachten doorbrachten op de gang. Best flauw want, zo bleek uit de geruchten achteraf, diezelfde juffen en meesters hadden zelf de huisregels aan hun laars gelapt. Het was ook de werkweek waarin ik op de weekmarkt mijn eerste singeltje kocht voor een spotprijsje: Abba, Dancing Queen. Achteraf snapte ik waarom het stukje vinyl goedkoop was, het ding was zo krom dat de naald van mijn pick-up op en neer wipte. Dat merkte ik thuis pas, terugbrengen was er dus niet bij.

Omdat het weekeind voor de deur stond, en daarmee veel leesuurtjes, kocht ik afgelopen week weer eens een vrouwenblad. Ik vind het fijn om tussen twee boeken mijn brein te resetten door iets luchtigers te lezen. Doe ik dat niet, dan loop ik de kans dat de personages uit boek één zo doorlopen naar het tweede boek.

In de supermarkt belandde ik afgelopen week in een scenario dat ik nooit had kunnen bedenken. Dat kwam zo. 's Avond zou Nina, mijn vriendin, komen eten. Een jarenlange traditie, op dinsdagavond houden we vrouwenavond. De ene week kookt zij, de andere week ik. Enfin, omdat het mijn beurt was liep ik 's morgens naar de supermarkt in mijn buurt. Op mijn lijstje stonden: groenten, gehakt en ijs.

Je kent ze vast wel, quotes die ons erop wijzen dat we vandáág moeten leven. Ze zijn aan mij niet besteed, ik leef graag in de toekomst. Vooral op gure herfstdagen kan ik uitkijken naar een witte winter. Gezellig onder de kerstboom. Op regenachtige lentedagen fleur ik op als meteorologen mooie voorjaarsdagen voorspellen; dagen waarop iedereen weer vrolijk op straat rondstapt, al dan niet in een rokje. De lente is ook een uitstekend seizoen om, als tuinier, plannen te maken voor de toekomstige zomer.

De eerste keer dat ik Parijs bezocht was ik een jaar of twintig. Samen met Nina, mijn vriendin, zoefde ik met de trein Gare du Nord binnen. Door het prachtige stationsgebouw in beaux-artsstijl, kwamen we direct in de juiste stemming. Tegenover het station dronken we bij brasserie Terminus onze eerste kop Franse koffie, waarna we op zoek gingen naar een kamer.

Als er één leesteken is dat voor het merendeel ten onpas wordt gebruikt is dat een uitroepteken. Het toepassen van één uitroepteken na de mededeling: van harte gefeliciteerd!, snap ik. De afzender wil extra benadrukken hoe blij hij of zij is met het verjaren van de ontvanger. Het gaat fout als een omroep over het beeld laat rollen: Dit is een herhaling! U kunt niet meer bellen! Nou, nou, denk ik dan, dat was ik heus niet van plan. Dat deze zin voorbijkwam bij een reprise van het tv-programma Meldpunt!, zegt genoeg. Ze zijn daar blijkbaar dol op het leesteken.

Wij maken op deze website gebruik van cookies. Een cookie is een eenvoudig klein bestandje dat met pagina’s van deze website wordt meegestuurd en door uw browser op uw harde schrijf van uw computer wordt opgeslagen.